Ondertussen is dit geen Erasmusblog meer. Ik ben immers terug in België. Het blijkt echter dat ik het bloggen niet laten kan.

(Foto's onderaan!)


dinsdag 30 november 2010

I have a dream

20 november

Ik keek naar het hoopje schroot dat een Pools busje zou moeten voorstellen, en dan terug naar mijn ticket. 1121km. Dat stond er echt. Ik had er bijna vrede mee dat ik voor de liefde mijn leven zou riskeren, toen een echte bus het perron op reed.
De buschaffeur bekijkt mijn tickets. Dat ik waarschijnlijk niet veel Pools spreek kan hij al zien aan mijn naam. Hij wijst een meisje aan die voor mij moet vertalen als het belangrijk gaat worden. Dat heb ik ondertussen al verstaan.
Een vrouw doet nog eens spontaan de hele uitleg opnieuw in het Duits.
Een gelijkaardig tafereel zal zich herhalen bij mijn terugkeer. Maar ik begrijp het heel goed wanneer hij lacht 'Wat gaat die doen in Gdansk als ze geen Pools begrijpt?'
Och, ik overleef het zo al 2 maand. En ik begrijp soms meer dan ik zelf verwacht.
De vrouw met het spontane Duits vraagt ook waar ik heen ga en waarom. Ik leg het haar uit in mijn mooiste Duits. Ze lacht, wat moet ze anders?
Het is een beetje geluk hebben, dat je met slechts 1 overstap bij je lief geraakt. Voor mij is het ook een beetje gelijk hebben. Ik ga niet beweren dat bussen zo milieuvriendelijk zijn, maar mensen hebben nogal snel de neiging in een vliegtuig te kruipen. Te snel.
En het heeft nog iets romantisch ook, eerst 26 uren afzien alvorens je je weer kan laten omhelzen door je liefste.
Die lange uren zal ik niet te uitvoerig beschrijven. Er zijn veel plaspauzes, je krijgt een gratis koffie of thee (kawa lub herbata), je medepassagiers liggen wat te snurken en te kwijlen. Een speciale vermelding misschien voor de Poolse filmindustrie. Ik weet niet of het een kwestie van besparingen of smakeloosheid is, maar elke anderstalige film krijgt hier keurig een Poolse voice-over. Terwijl je het Engels gewoon blijft horen, tracht een Poolse mannenstem -zo emotieloos als hij maar kan- de dialogen te vertalen. Mannen en vrouwen. Prachtig.

In Konstanz staat mijn liefje al braaf te wachten. Hij draagt een petje en een baard van 5 weken, en heeft ook een stukje taart bij. Hij kent mij zo goed, denk ik dan.
Konstanz is niet echt een Duitse metropool. Er zijn wat van die duurdere winkeltjes, propere straten en een groot meer dat men volgens Duitse logica 'Bodensee' heet.
Ik ben gerustgesteld te ondervinden dat zijn vrienden over het algemeen aangename, grappige mensen zijn. Zijn studentenhome noemt hij zelf bouwvallig, maar sinds ik een tijdje in Gdansk verblijf heeft bouwvallig voor mij een nieuwe betekenis gekregen.
De eerste avond vieren we 'Thanksgiving' met de lokale Erasmusstudenten. U mag globalisering bedanken dat u weet dat het een Amerikaanse feestdag is. De traditie gaat terug tot bij de Pilgrim-fathers, die met de hulp van de Mohawk-Indianen een geslaagde oogst kenden. Ook toen ging men gezellig samen tafelen om hen te bedanken, al vorens hen massaal uit te moorden, dat spreekt.

Konstanz is gelukkig niet te klein om je een weekje te vermaken. Alhoewel, was het niet voor de liefde dan ging ik er niet heen. We leggen ons de rest van de week toe op fastfood, slenteren wat door het overroepen kerstmarktje, besteden zo weinig mogelijk aandacht aan de eerste sneeuw, kopen whiskey, discussiëren over feminisme, gaan baden in de 'Bodensee therme' (dat zijn warmwaterbaden, voor zij die onze luiheid verwarren met ijsberenmoed), ...

Voor ik het weet zijn de 5 dagen om. Het lot troost mij met een gezwollen kaak die mij de rest van mijn schaarse nachtrust ontneemt. Een prachtige ervaring, zo'n Erasmus, en mijn wijsheidstanden willen het blijkbaar van dichtbij meemaken.
Dus op vrijdag 26 november zet Bert zijn huilende, asymmetrische ( slechts 1 gezwollen kaak, ja) lief terug op de bus. We hebben nog haastig proberen plannen wanneer we elkaar terug zullen zien, maar het synchroniseren der agenda's blijkt een moeilijke opdracht.
Maar wat hadden we moeten doen? Thuis blijven, handjes vasthouden?

zaterdag 27 november


Thuis in Gdansk. Ik was bijna vergeten dat ik het hier mooi was beginnen vinden.
Er is die avond een feestje voor 'St Andrew's night'.
Met dank aan mijn ouders voor mijn totaal onbestaande katholieke opvoeding vertrek volgens de gekregen instructies met een kaars, bier en veel vragen naar Sopot.
Neen, geen kaarsjes branden.
We smelten de was tot ze vloeibaar is, dan giet je de was door een sleutel in koud water. Voor diegenen onder u die niet zo begaafd zijn met chemie; de was zal weer stollen in het water. Vervolgens haal je de was uit het water (wel even wachten tot het mooi hard is) en hou je het ding in het licht. De kans is nogal groot dat dit in de eerste plaats vooral op een hoopje braaksel zal lijken. Maar men gebruikt uiteraard bier of wodka om de interpretaties van de schaduw wat boeiender te maken.
Vroeger was dit vooral een traditie voor meisjes, die aan de hand van de was hun huwelijk konden voorspellen. Jongens hadden dan weer een andere reeks twijfelachtige methodes om hun toekomst te voorspellen. Maar nu was (haha, was!) het gewoon voor de gezelligheid.
Mijn hoopje was leek op een draak, volgens de al even twijfelachtige richtlijnen wil dat zeggen dat ik een sterke persoonlijkheid heb, maar dat ik moet opletten om andere mensen hun gevoelens niet te kwetsen. Ik zag er ook een beetje een piratenschip in, maar daarvoor was geen verklaring, helaas.

De rest van de avond werd er wat gedanst in de living en gekletst in de keuken.
Men kon merken dat ik recent een slaaptekort had opgelopen, en dat ik wat gemis te verdrinken had (voor bezorgde sleutelfiguren in mijn opvoeding: ik was uiteraard niet schandalig dronken, maar ik wou gewoon genieten van de aangeboden streekproducten). Nogal wat mensen zaten wat bekken te trekken terwijl een meisje al net iets te lang bezig was aan een langdradig verhaal over een betekenisvolle droom die ze in een tatoeage had laten omzetten, toen de iets meer benevelde versie van mezelf besloot een fragment van de 'I have a dream' speach van Martin Luther King te citeren. Gelukkig begon de rest van het gezelschap spontaan mee te doen.
Nog wat later op de avond kreeg de feestvreugde een iets ernstigere deuk toen zich een of andere dramatische wending in een nogal ingewikkelde romance voordeed.
Ik heb er het fijne niet van begrepen -ruzies worden over het algemeen uitgevochten in het Pools- maar een boze jongen verliet het feestje en een team van meisjes trok zich terug om wat mannenhaat te delen.

Uiteindelijk vertrokken we in de vroege ochtend door de sneeuw terug naar huis.
De volgende dag was - onnodig dit te vermelden- niet echt een productieve dag.

Maandag kon ik dan eindelijk de professoren vinden die ik tot nu toe nog niet gevonden had. Ik was een beetje bang dat ik op nogal wat onbegrip zou stuiten, de helft van dit semester is tenslotte al voorbij. Maar blijkbaar was het lange verhaal van verkeerde e-mailadressen, incompetente erasmuscoördinatoren, onaangekondigde wijzigingen en afwezigheden niet ongeloofwaardig. Geen boze professoren, alleen meer huiswerk.

Ik weet dat het reisverhaal van enkele weken geleden niet is afgewerkt en dat ik Wroclaw tot nog toe volledig voor jullie geheim heb gehouden, maar chronologie is nu eenmaal niet het hoofddoel van deze blog.

Droom zacht daar in België!

http://www.americanrhetoric.com/speeches/mlkihaveadream.htm

Geen opmerkingen:

Een reactie posten