Ondertussen is dit geen Erasmusblog meer. Ik ben immers terug in België. Het blijkt echter dat ik het bloggen niet laten kan.

(Foto's onderaan!)


donderdag 9 december 2010

Over sympathieke maatregelen tegen het uitglijden, innerlijke dialogen, relatief grote verbazing en overbodige luxe

Toen ik nog een kind was, of toch nog meer kind dan vandaag, bedacht ik dat het leuk zou zijn om de passende gezichtsexpressie bij mijn 'innerlijke dialoog' ook uit te voeren. Ik dacht het niet met zoveel woorden, maar als ik zat te dromen of verhalen zat te bedenken, dan wou ik graag voelen wat zo'n emotie met je gezicht deed.
Misschien ging het er allemaal niet zo bewust aan toe, maar het kon geen kwaad eens een uitdrukking te oefenen die ik in mijn vrolijke kinderleventje niet nodig had, al is het maar ter bevordering van de gezichtsflexibiliteit.
Toen ik ongeveer 11 was zat ik in de klas en bedacht een verhaal waarin mijn lerares de niet zo sympathieke hoofdrol speelde.
Het spreekt voor zich dat mijn aandacht niet echt bij de les was. Plots werd het stil in de klas en mijn lerares staarde me aan.
"wat was dat?"
Ik verkeerde even in een illusie van onzichtbaarheid en had niet echt nagedacht over wat mensen denken als ze me willekeurige gezichtsuitdrukkingen zien oefenen.
Ook kon ik niet echt een kort antwoord geven op haar vraag.
"Ik heb het ook gezien" zei een ander kind.
Ik wou 'de juf' natuurlijk niet vertellen dat ik mogelijke gezichtsuitdrukkingen aan het verkennen was voor vrouwen die kinderen koken in grote heksenketels.
Ze besloten het voorval te negeren maar ondanks mijn toegenomen oplettendheid moet ik toegeven dat het afleren van deze gewoonte niet onderschat mag worden. Vandaag nog, weer diep verzonken in een innerlijke dialoog op de skm-trein, keek het meisje tegenover me mij met grote ogen aan toen ik besefte dat ik stilletjes tegen mezelf zat te praten.

Tot zover een totaal irrelevante jeugdherinnering, want vandaag wil ik eigenlijk vertellen over de Poolse winter, iets waardoor jullie fantasie ongetwijfeld nieuwe hoogtes inschiet.
Ik vermoed dat sneeuwruimen hier een vorm van seizoensarbeid is.
Deze morgen moest ik wijken voor een kleine tractor die over de voetpaden reed om sneeuw te ruimen en zo het uitglijden enigszins te beperken. Toen ik zo'n 2 uur later terug kwam leek het verloren moeite, want er lag al weer flink wat sneeuw.
Het veilig bereiken van een bestemming naar keuze vergt een beetje handig springen over de sneeuwophopingen en het alert blijven voor stoepranden die zich als kleine roofdieren in de sneeuw verborgen houden.
Ik ben niet echt een fan van grote uitgaven maar het kopen van een paar degelijke stapschoenen bleek al snel een verantwoorde aankoop.
Op de trein was er tot mijn relatief grote verbazing - echte verbazing spaar ik liever voor die momenten waarop ik echt buiten mezelf ben van verbazing- een plaatsje vrij. Al snel bleek dat dat was omdat het smeltwater door het treinraampje naar binnen liep wanneer de trein vertrok. Maar ook hieromtrent maar relatief grote verbazing, want soms zit je op een trein waarvan de deuren niet volledig sluiten en zo krijg je dan weer een levendige indruk van het klimaat buiten de trein.
Op veel plaatsen moet zand hier zout vervangen. Niet in de keuken, godzijdank, maar op de voetpaden en trappen. Je zal er geen ijs mee laten smelten, maar het is eveneens een sympathieke maatregel om het uitglijden te beperken. Gelukkig dat het beter is voor het milieu, want het is werkelijk niet om aan te zien. Alle winkels en huizen liggen vol met een modderige zanddrek en in zichzelf respecterende gebouwen (daar zijnde de bibliotheek en de universiteit) gaat het zelfs zo ver dat er permanent een kuisploeg de vloeren loopt te dweilen.

Ondertussen is het sneeuwen opgehouden en is er van de dikke, grijze wolken van voorheen geen sprake meer. Een staalblauwe hemel en zonneschijn, dat maakt een zonnebril ook geen overbodige luxe op deze winterdag.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten